© 2010, 2022 WandelPas
Maria Waldrast en Waldraster Jöchl
9 km
Vertrekpunt:
Bergstation Koppeneck (1605 meter) van de Serlesbahnen in Mieders
Een wandeling door de bossen boven Mieders naar het klooster van Maria Waldrast. Vervolgens verder omhoog naar de Waldraster Jöchl en door bossen en weiden terug naar Koppeneck. Aantal hoogtemeters: 530 meter.
Vanaf het bergstation van de Serleslift loop je eerst een eindje omlaag totdat je op de brede grindweg komt die je in de richting van Maria Waldrast brengt (volg de gele richtingaanduidingen). Na de eerste kilometer begint de klim van zo’n 165 meter naar de Waldraster Sattel (1692 meter). Deze klim heeft een lengte van ongeveer 1,5 kilometer. Vanaf deze sattel loopt de weg weer 60 meter omlaag naar het klooster Maria Waldrast, dat je na 500 meter bereikt.
Op de Waldraster Sattel komen drie kruiswegen (uit Medraz, Fulpmes en Mieders) samen, die vervolgens richting het klooster loopt.Langs de weg kom je dan ook een aantal kruiskapellen tegen ter ere van Maria.
Op eerste Paasdag 1407 vonden twee herdersjongen in een holle boom een uit het hout gevormd Mariabeeld. Dit beeld werd overgebracht naar de kerk van Mattrei in het Wipptal. De legende vertelt verder, dat kort daarna Maria verscheen aan een boerenknecht met de boodschap dat het beeld teruggebracht moest worden naar de plaats waar het was gevonden. Op die plek werd in 1429 de ‘Auffindungskapelle’ gebouwd. Voor de vele bedevaartgangers werd in 1621 een klooster gesticht.
Vóór het kerkportaal bevindt zich een bron, waaraan een genezende werking wordt toegeschreven.
Als je bij het klooster bent geweest loop je een kleine 200 meter terug. De meeste mensen kiezen dezelfde terugweg over de brede grindweg, maar jij neemt rechts het pad omhoog het bos in. Na 500 meter (je bent dan alweer een aantal kruisen gepaseerd) kom je bij de ‘Auffindungskapelle’. Ook nu loop je weer een klein stukje terug en vervolgt de klim naar de Waldraster Jöchl op 1878 meter.
Hier staat een groot kruis met zitbanken. Hoewel je hier het hoogste punt hebt bereikt, heb je niet echt een uitzicht op de omgeving omdat overal om je heen (lage) naaldbomen staan. Het is wel een prima plek om even uit te rusten van de steile klim.
Vanaf de Waldraster Jöchl vervolg je het pad; al snel kom je bij een wegwijzer uit, die je omlaag stuurt langs de houten omheining. Na ruim 500 meter kom je bij een weg uit, die je oversteekt. Je vervolgt je weg door het grasland. Via de Gleinser Boden (1785 meter) kom je uiteindelijk op een brede grindweg uit. Hier sla je links af en je blijft deze weg over een afstand van zo’n 1600 meter volgen. Daarbij klimt de weg eerst zo’n 100 meter om vervolgens opnieuw te dalen.
Bijna op het einde staat een gele richtingaanduiding, die je rechts omhoog het bos instuurt zodat je uiteindelijk weer bij het bergstation van de Serleslift uitkomt. Op dit laatste stukje bospad van 200 meter heb je nog even een helling van 15% te beklimmen.
Vanaf het bergstation van de Serleslift loop je eerst een eindje omlaag totdat je op de brede grindweg komt die je in de richting van Maria Waldrast brengt (volg de gele richtingaanduidingen). Na de eerste kilometer begint de klim van zo’n 165 meter naar de Waldraster Sattel (1692 meter). Deze klim heeft een lengte van ongeveer 1,5 kilometer. Vanaf deze sattel loopt de weg weer 60 meter omlaag naar het klooster Maria Waldrast, dat je na 500 meter bereikt.
Op de Waldraster Sattel komen drie kruiswegen (uit Medraz, Fulpmes en Mieders) samen, die vervolgens richting het klooster loopt.Langs de weg kom je dan ook een aantal kruiskapellen tegen ter ere van Maria.
Op eerste Paasdag 1407 vonden twee herdersjongen in een holle boom een uit het hout gevormd Mariabeeld. Dit beeld werd overgebracht naar de kerk van Mattrei in het Wipptal. De legende vertelt verder, dat kort daarna Maria verscheen aan een boerenknecht met de boodschap dat het beeld teruggebracht moest worden naar de plaats waar het was gevonden. Op die plek werd in 1429 de ‘Auffindungskapelle’ gebouwd. Voor de vele bedevaartgangers werd in 1621 een klooster gesticht.
Vóór het kerkportaal bevindt zich een bron, waaraan een genezende werking wordt toegeschreven.
Als je bij het klooster bent geweest loop je een kleine 200 meter terug. De meeste mensen kiezen dezelfde terugweg over de brede grindweg, maar jij neemt rechts het pad omhoog het bos in. Na 500 meter (je bent dan alweer een aantal kruisen gepaseerd) kom je bij de ‘Auffindungskapelle’. Ook nu loop je weer een klein stukje terug en vervolgt de klim naar de Waldraster Jöchl op 1878 meter.
Hier staat een groot kruis met zitbanken. Hoewel je hier het hoogste punt hebt bereikt, heb je niet echt een uitzicht op de omgeving omdat overal om je heen (lage) naaldbomen staan. Het is wel een prima plek om even uit te rusten van de steile klim.
Vanaf de Waldraster Jöchl vervolg je het pad; al snel kom je bij een wegwijzer uit, die je omlaag stuurt langs de houten omheining. Na ruim 500 meter kom je bij een weg uit, die je oversteekt. Je vervolgt je weg door het grasland. Via de Gleinser Boden (1785 meter) kom je uiteindelijk op een brede grindweg uit. Hier sla je links af en je blijft deze weg over een afstand van zo’n 1600 meter volgen. Daarbij klimt de weg eerst zo’n 100 meter om vervolgens opnieuw te dalen.
Bijna op het einde staat een gele richtingaanduiding, die je rechts omhoog het bos instuurt zodat je uiteindelijk weer bij het bergstation van de Serleslift uitkomt. Op dit laatste stukje bospad van 200 meter heb je nog even een helling van 15% te beklimmen.
16 september 2013
Kaart copyright OpenStreetMap CC-BY-SA
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
